Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid

Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)

Gepubliceerd op 10-06-2019

Ops

betekenis & definitie

Ops - rom. godin van vruchtbaarheid en overvloed, later gemalin van Saturnus. Oorspronkelijk is zij eene godin van den oogst, en hoort zij bij Consus, hetgeen uit den naam van haar feest, Opiconsivia, blijkt.

Haar andere feest, de Opalia, werd op 19 December gevierd. Als godin der zaadvelden had zij den bijnaam Consīva.

Zij werd later dikwijls verward met Fauna, Maia, Bona Dea of geïdentificeerd met Rhea Cybele of Demēter.Ὄψον, Opsonium, Obs-, toespijs, alles wat bij het brood genuttigd wordt, vleesch, kaas, vruchten, maar vooral visch, de voornaamste lekkernij der ouden, waaraan veel geld besteed werd.
Ὀπτήρια, geschenken, die de jonggehuwde vrouw van haar echtgenoot, bloedverwanten en vrienden kreeg, wanneer zij zich voor het eerst na het huwelijk zonder sluier vertoonde.

< >