Het geestelijk voorbehoud.
Volgens sommige Jezuïetische godgeleerden mag iemand, die een eed zweert, zich in gedachten iets anders voorstellen dan van hem gevraagd wordt. Iemand kan bijv. zweren geen Gallus (Franschman) gedood te hebben, als hij bij ’t afleggen van zijn eed aan gallus (een haan) denkt.