Gepubliceerd op 21-01-2020

ANTI-MILITAIRISME

betekenis & definitie

Het anti-militairisme heeft in bepaalde streken van Friesland altijd een rijke voedingsbodem gevonden. Het aantal dienstweigeraars is percentueel gezien in Friesland voortdurend het hoogste.

Tussen 1950 en 1960 weigerden van de 37.174 opgeroepen dienstplichtigen uit Friesland 174 de militaire dienst. Dit was een percentage van 4,7.

Friesland stond hiermee aan kop. Noord-Holland volgde als tweede met een percentage van 4,1.

Het nationale percentage bedroeg 2,33. De dienstweigering lijkt nadien alleen maar te zijn toegenomen.

Veel invloed heeft op dit gebied de Hervormde predikant P. J. de Ridder (toen in De Wilp) gehad, met zijn voorlichtingsavonden over dienstweigering (1963-1965).

Ook van groot belang voor de Friese dienstweigeraars zijn de conferenties over de dienstweigeringsproblematiek van de Doopsgezinde Vredesgroep en Kerk en Vrede op het Doopsgezinde broederschapshuis Fredeshiem in Steenwijkerwold. Met de opkomst van de protestbeweging vanaf 1965 (zie provo, actiegroepen) kwam het dienstweigeren meer en meer in de belangstelling te staan.

In Leeuwarden werkt sinds de herfst van 1968 het Bureau Voorlichting Jongeren-vrijwilligers, Militaire Dienst en Gewetensbezwaarden van ds. Gerard Kater, dat zijn taak omschrijft als: jongeren wegwijs maken in de problemen die zich kunnen voordoen rond de militaire dienst en hen eventueel wijzen op andere mogelijkheden.

Geweldloze weerbaarheid en militaire dienstweigering worden ook gepropageerd door de begin 1973 opgerichte actiegroep „De Fredesfreonen” van de dienstweigeraar Ate de long.Dienstweigeraars, Vereniging regio Friesland. Organisatie ter behartiging van stoffelijke en geestelijke belangen van dienstweigeraars. Opgericht 1973. Richt samen met Fredesfreonen informatiebureaus voor dienstweigering op en organiseert geweldloze acties. Ledenbestand schommelt tussen 25 en 50.