(Albertus), oriëntalist, geb. 1686 te Groningen, eerst predikant te Wassenaar, toen prof. te Franeker, gest. 1750 als prof. der hebreeuwsche taal te Leiden. Voornaamste werk: Inslilutiones ad fundamenta linguce Hebraim (Leiden 1737).
(Joh. Jac.), zoon van den vorige, geb. 1716 te Franeker, eerst prof. der theologie te Herborn, 1749 dito en der oostersche talen te Leiden, gest. 1778.
(Hendr. Alb.), zoon van den vorige, geb. 1749 te Herborn, 1773 prof. der oost. talen te Amsterdam, 1770 zijns vaders opvolger als zoodanig te Leiden, gest. 1793.