koning van Argos, zoon van Abas en jongere broeder van Acrisins, aan wien hij, na huns vaders dood, den troon betwistte, dien hij dan ook een oogenblik machtig werd ; doch weldra werd hij verdreven, en nam toen de wijk naar Lyciè, waar koning Iobales hem aan zijn hof ontving en hem zijne dochter Slhenobea tot vrouw gaf. Vervolgens in Griekenland teruggekeerd, beoorloogde hjj zijnen broeder, veroverde een gedeelte van Argolis, en maakte zich eindelijk meester van Tiryns, waar hij regeerde tot aan zijnen dood.
Bij Slhenobea had hij drie dochters (die Proelieden genoemd worden) en een zoon, met name Megapenthes. Men stelt P.’s regeering 1498—1462 v. Chr.