Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

De Langestraat

betekenis & definitie

of de Langstraat, eene voorheen lot Znid-Holland, thans tot Noord-Braband behoorende landstreek, bebouwd met eene menigte dorpen, waarvan er vele bijna als aaneengeschakeld liggen in eene lange rij. Vóór den St.-Elizabelhsvloed (1421) vormden ze in eene rechte lijn eene lange straat, die zich van den toren van Raamsdonk tot den toren van Baardwijk uitstrekte (vandaar de nog thans in zwang zijnde benaming).

De tegenwoordige L. loopt in eene kromme lijn, waarin de dorpen Raamsdonk, Waspik, Capelle,Besoien, Waatwjjk, Baardwijk, Nieuwkuik en Vlijmen. Ofschoon iets meer zuidelijk gelegen dan de eigenlijke L. worden daartoe ook nog gerekend de dorpen Sprang en 's-Gravenmoer; deze twee, met de vier eerste der acht zoo even genoemde, werden voorheen genoemd »de Zes zuidhollandsche dorpen in de L.", om ze te onderscheiden van de andere, die op brabandsch grondgebied of in hït land van Heusden lagen. De geheele bevolking van de L. bedraagt omstr. 20,000 zielen. Bij den watervloed van 1775 leden verscheidene plaatsen in de L. door overstroorning.

< >