Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Danaüs

betekenis & definitie

zoon van Betus en Anchinoë, was een tweelingbroeder van Egyptus, met wien hij aanvankelijk gezamentlijk regeerde over Neder-Egypte; maar zijnen broeder naar het leven getracht hebbende, moest D. de vingt nemen, en toog met zijne vijftig dochters (de zoogenaamde Danaïden) naar Argos (omstr. 1572 of 1472 v. Chr.).

Hier werd hij door koning Gelanor zeer welwillend en gastvrij ontvangen, welke gastvrijheid hij echter beloonde door Gelanor van den troon te stooten (volgens anderen deed Gelanor vrijwillig afstand van den troon ten behoeve van D.). Met D. begon dus in Argos de dynastie der Beliden of afstammelingen van Belus; en naar D. werden de Argiven (bewoners van Argos) Danaërs of Danaï genoemd. Intusschen bedacht Egyptus een middel om den twist met zijnen broeder D. bij te leggen; bij deed namelijk aanzoek bij D. om diens vijftig dochters tol vrouw te geven aan zijne vijftig zonen ; maar de meeste der Danaïden verklaarden zich tegen die uithuwelijking, daar ze zulk een huwelijk op groote schaal eene goddeloosheid vonden. Nu zond Egyptus eenvoudig eene armee naar Argos, om zijn broeder tot aanneming van zijn voorstel te noodzaken; en niet tegen zulk een leger opgewassen, gaf D. zijne toestemming. Maar daar het orakel hem voorspeld had, dat hij door een zijner vijftig schoonzonen vermoord zou worden, liet hij zijne dochters heimelijk beloven, dal ze ieder haren man zouden ombrengen den eersten nacht van haar huwelijk. Negen en veertig der jonge vrouwtjes volvoerden dit gruwelijk plan ; alleen Hypermnestra kon zulks niet van zich verkrijgen, en zij spaarde haren echtgenoot Lynceus, die later de opvolger van D. werd. Zoodra Jupiter ontdekte wat er gebeurd was, smeet hij de 49 moordenaarsters in den Tartarus, waar ze gedoemd werden om in der eeuwigheid water te scheppen in een vat, waarvan de bodem lek was, zoodat het water er van onderen even hard uitliep als het er boven inkwam. Vandaar de spreekwijze »hel vat der Danaïden vullen" voor vruchteloos werk verrigten.

< >