zweedsch edelman, werd bemind door prinses Margareta, de dochter van Waldemar, en droeg er veel toe bij, dat de drie kroonen der Scandinavische rijken vereenigd werden op het hoofd van deze prinses. Margareta overlaadde hem met eerbewijzen.
Erik van Pommeren, de neef dezer koningin, en bestemd om haar opvolger te worden, was jaloersch op de gunst welke B. genoot; hij deed hem in hechtenis nemen en onthoofden (1440).