Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Abano

betekenis & definitie

1) stad m Lombardije, gouv. Venetie, 1 mijl z.-westelijk van Padua, aan den voet van t euganeisch gebergte met 3100 inw.; van oudsher, reeds ten tijde der Romeinen en nog heden ter. dage, vermaard wegens hare zwavelbronnen, de warmste thermen die men in geheel Europa vindt.

A (lat. Aponus) is de vaderstad van Livuis en van den beroemden artsPiETRO D'ABANO, geb. omstreeks 1250; hij was een uitstekend geneesheer, en gelaat-, schei-, wis- en sterrekundige tevens; hij schreef een conciliator der verschillende geneeskundige gevoelens, en kreeg daardoor den bijnaam van conciliator; na zich groote achting en grooten rijkdom te hebben verworven, werd hij aangeklaagd wegens stcrrcwigchelarij en tooverij, en ten vure gedoemd; slechts zijne beeldtenis echter werd verbrand, want voor de voltrekking van het vonnis stierf hij, 1320, in de gevangenis.—2) aziatisch dorp in Georgië, nabij de Terekbronnen, er wonen omstreeks 40 familien; digt bij is een aan Elija (Ehas) gewijd boschje, waar de Osseten schapen offeren.

< >