Geneeskundig woordenboek (EN-NL)

dr. mr. W. Schuurmans Stekhoven (1949)

Gepubliceerd op 03-02-2023

paralysis

betekenis & definitie

paralyse, verlamming; acoustic paralysis, nerveuze doofheid; acute ascending paralysis ,

Landry’s paralysis, acute opstijgende verlamming, Landry’s paralyse; (epidemic) infantile paralysis ,

acute infectious’s paralysis , anterior paralysis, polyomyelitis anterior acuta, kinderverlamming; paralysis agitans, schudverlamming, ziekte van Parkinson; alcoholic paralysis, alcoholverlamming; Bell’s paralysis , facial paralysis, facialisparalyse, aangezichtszenuwverlamming; birth paralysis , Erb’s paralysis , Little’s paralysis , obstetric paralysis, geboorteverlamming, Little’s paralyse; bulparasitology bar paralysis, bulbairparalyse; compression’s paralysis , pressure paralysis,

drukverlamming; creeping paralysis, tabes dorsalis ; (post) diphtheric paralysis , (post) diphtheritic paralysis, postdiphtherische verlamming ; diver’s paralysis, caissonziekte ; flaccid paralysis, slappe verlamming; functional, hysterical, psychic paralysis, functionele, hysterische verlamming; general paralysis of the insane dementia paralytica, algemene hersenverweking; narcosis paralysis, n arcoseverlamming ; spastic paralysis, spastische verlamming; bijv. nw. paralytic; ww. (to) paralyze.

< >