verraden, verloochenen; ontrouw worden (zijn); in de steek laten; trahir la confiance de qn., misbruik maken van iemands vertrouwen; iemands vertrouwen beschamen; la parole le trahit, de spraak begaf hem; ses paroles ont trahi sa pensée, zijn woorden hebben zijn gedachte niet geheel weergegeven; trahir son serment, zijn eed breken.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk