I. oefenen (à in), africhten (op), drillen; op de proef stellen [geduld], aan de dag leggen [waakzaamheid], begaan [wreedheid]; be-, uitoefenen, bekleden, waarnemen, drijven [zaak];
II. praktizeren;
III. s’exercer, zich oefenen (à in).
Gepubliceerd op 13-07-2022
betekenis & definitie
I. oefenen (à in), africhten (op), drillen; op de proef stellen [geduld], aan de dag leggen [waakzaamheid], begaan [wreedheid]; be-, uitoefenen, bekleden, waarnemen, drijven [zaak];
II. praktizeren;
III. s’exercer, zich oefenen (à in).
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: