Onderdeel dat gedurende enkele jaren gebruikt werd om de beweging van de auto als gevolg van remmen, sturen of accelereren te beperken.
Een Formule 1-auto heeft een veel lager zwaartepunt dan een gewone auto. Beweging van de auto onder invloed van natuurkundige krachten is bij een Formule 1-auto daarom minimaal. Toch willen ontwerpers het liefst dat een auto te allen tijde zo vlak mogelijk blijft. Omdat de auto nu eenmaal veren en dempers heeft, en op banden staat die ook meebewegen, is dat een utopie. Deze wielen, banden en wielophangingsdelen, maar ook de remmen, vormen samen het onafgeveerde gewicht van een auto. Zij worden in hun bewegingen niet gedempt door de veren en schokdempers, omdat ze zich, eenvoudig gezegd, buiten de auto bevinden.
Een massademper kan de reactie van de auto op deze moeilijk te controleren bewegingen beperken. Het werkt volgens het principe van massatraagheid: een voorwerp met een bepaald gewicht, of massa in natuurkundige termen, zal in zijn bewegingen worden afgeremd waarmee er een contragewicht aanwezig is dat enige bewegingsvrijheid heeft. In gewonemensentaal is dat het best uit te leggen met het voorbeeld van een lege plastic fles. Gooi die op de grond en hij stuitert alle kanten op. Vul hem gedeeltelijk met zand en de beweging van de fles zal worden gedempt omdat het extra gewicht en de beweging daarvan voor vertraging zorgt. In een Formule 1-auto gebruikte McFaren voor het eerst een massademper tijdens het seizoen 2005.
Het ging in vereenvoudigde vorm om een cilinder met daarin een gewicht, dat aan weerszijden met een veer was bevestigd. Het gewicht kon bewegen in de cilinder maar had een dempend effect op de beweging van de cilinder zelf. In 2006 werd de massademper verboden.