Filosofisch woordenboek

Paul Frentrop (2001)

Gepubliceerd op 21-09-2020

Spot

betekenis & definitie

Wie bespot wordt, is gekwetst, maar wordt in een beschaafde wereld geacht dat niet te laten merken. (Zie: Belediging) Daar moet je tegen kunnen. Terug spotten is nog beter.

Gezamenlijk de spot met iets of iemand drijven is leuk. Met iemand de kachel aanmaken, zoals dat heet, versterkt de eigen groep; die lacht.Dat lachen is een motorische reflex. Net zoals de pupil samentrekt bij sterk licht, of het onderbeen omhoog schiet na een tikje van een hamer op de knie, zo laat een elektrisch stootje op de juiste plek van het gelaat de proefpersoon lachen. Deze lachreflex kent twee bijzonderheden ten opzichte van andere reflexen. De ene is dat er veel (vijftien) gezichtsspieren bij zijn betrokken; de andere is dat niet goed duidelijk is wat de stimulus is die de reflex in werking zet, als de onderzoeker dat niet doet met elektriciteit.1 Die onbekende stimulus kan bovendien per cultuur verschillen. Volgens professor Hans-Dieter Gelfert van de Universiteit van Berlijn lachen Britten om autoriteit, maar Duitsers niet; tenminste niet sinds de Dertigjarige Oorlog (1618-1648). Die had het land dermate uitgeput dat Duitsers veel behoefte kregen aan structuur. Britten wantrouwen ‘de staat’, voor Duitsers heeft de staat welhaast mythische connotaties. Duitsers lachen wel om de dwaas, de potsenmaker.

Nederlanders staan ook ten aanzien van de opvattingen over spotternij tussen Reich en empire in: ‘Het zich verlustigen ten koste van anderen door hen in een belachelijk daglicht te stellen, kan zeer zeker getuigenis afleggen van een hooge mate van geestigheid; maar moeilijk kan het geteld worden onder de edele karaktertrekken, al vermag het blijk te geven van groote scherpzinnigheid en al is het geschikt om veel succes en bijval te oogsten. Bij de grootste schrijvers van ons geslacht zal men dan ook hoogst zelden een bittere spot, die op zichzelf nooit een bewijs vormt van waarheid, in hun bewijsvoering en uiteenzetting aantreffen.’2 (Zie: Kwetsen)

De veelvuldige pogingen van met name de socialistische omroep om al dan niet onder de noemer ‘cabaret’ spot tot humor te maken zijn vrijwel altijd deernisdan wel weerzinwekkend.

1 Arthur Koestler, bepaald geen lachebek en van oorsprong Hongaar en Duitstalig, later Brit en Engelstalig, heeft het lemma Humor and Wit geschreven voor de Encyclopaedia Britannica (1974); een lezenswaardig stukje.
2 C.J. Wijnaendts Francken, Bayle en Voltaire (1933).