Toeter is in 1898 voor het eerst opgetekend in Aalst in Vlaanderen, in de zegswijze een toeter pakken voor 'drinken'. In 1959 is toeter in Zeeland aangetroffen in de betekenis 'groot glas sterke drank'. Volgens een informant wordt er op Schouwen-Duiveland tegenwoordig een 'dubbele jonge jenever' mee aangeduid. Het werkwoord toeteren is zowel in Zeeland als in Vlaanderen opgetekend voor 'zich bedrinken, zuipen'. Een Zeeuws dialect- woordenboek geeft als voorbeeldzin: ie hei knap getoeterd. Van een dronken iemand kun je zeggen: hij is toeter of toeterlazerus. In de zeemanstaal werd een 'glas bier' omstreeks 1960 een kou- we toeter genoemd.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk