Het doel van de procedure voor macro-economische onevenwichtigheden (PMO) is het opsporen en aanpakken van trends die de werking van de economie van een EU-land, de eurozone of de EU in zijn geheel negatief beïnvloeden. De procedure is een sleutelelement in het hervormde EU-kader voor economisch bestuur dat werd opgericht na de financiële crisis van 2008.
Ze werd ontworpen om:
• mogelijke risico's in een vroeg stadium te identificeren (waarschuwingsmechanisme);
• het ontstaan van schadelijke macro-economische onevenwichtigheden te voorkomen;
• bestaande onevenwichtigheden te corrigeren.
Het waarschuwingsmechanisme maakt gebruik van veertien indicatoren (bijv. trends in exportmarktaandelen, netto internationale investeringspositie, loonkosten en particuliere schuld en overheidsschuld) om mogelijke risico's vast te stellen.
De Europese Commissie kan voorstellen dat de Raad aanbevelingen doet aan landen waarbij onevenwichtigheden werden vastgesteld. Landen met buitensporige onevenwichtigheden kunnen worden onderworpen aan versterkte specifieke monitoring of aan de procedure bij buitensporige onevenwichtigheden (PBO). Een PBO kan uiteindelijk leiden tot sancties voor eurozonelanden indien herhaaldelijk niet aan de verplichtingen wordt voldaan.
Zie ook
• Economisch bestuur
• Economische en Monetaire Unie (EMU)
• Economisch beleid
• Procedure bij buitensporige onevenwichtigheden
• Stabiliteits- en groeipact
• EUR-Lex-samenvatting over de preventie en correctie van macro-economische onevenwichtigheden in de EU
• Procedure voor macro-economische onevenwichtigheden op de website van de Europese Commissie
