Vrouwelijk geslachtsorgaan. Sedert de zeventiende eeuw is de ‘strijkstok’ een metafoor voor de penis terwijl de ‘vedel’ of de ‘viool’ (een strijkinstrument) een beeldrijke benaming is voor het vrouwelijk geslachtsorgaan. In Vlaanderen is ‘viool’ ook een informeel woord voor achterste, gat. In die zin vinden we het bijvoorbeeld terug in het werk van Ernest Claes (o.a. ‘Kobeke’. 1933)
Moet ik dan met mijn viooltje bloot blijven staan? Nou en... mijn leven op de walletjes. Door Riek verteld aan Jan A.L.M. Naaijkens. 1986