Ensie 1949

Redacie Cornelis Jakob van der Klaauw, Herman Johannes Lam, George Lignac (1947)

Gepubliceerd op 10-07-2019

Algemene en bijzondere heelkunde

betekenis & definitie

De machtige ontwikkeling der heelkunde in de laatste eeuw Er is geen onderdeel der geneeskunde zo oud als de heelkunde. De drang tot zelfbehoud bracht de mensheid reeds in de Oudheid tot behandeling van wonden, die door de oorlog of door de jacht veroorzaakt waren.

En het is ongelooflijk, hoe in die tijd met de primitiefste middelen en zonder enig geneeskundig begrip van wondbehandeling sprake kon zijn. Men heeft schedels gevonden, die dateerden uit het Stenen Tijdperk en waaraan duidelijk te zien was, dat er tijdens het leven een trepanatie (opening van de schedel) verricht was.De Egyptenaren en de oude Indische volkeren hadden hun methoden voor wondbehandeling en bloedstelping. Hippocrates, de beroemdste geneesheer der Oudheid, beschikte in de 5de eeuw v. Chr. reeds over een voor die tijd verbazingwekkende kennis van wondziekten, wondgenezing en wondbehandeling, waarbij het ons in het bijzonder treft, hoe grote waarde hij toekende aan de reinheid van de wond en van de wond verban den. Daar men echter de grondslagen, waarop de moderne heelkunde berust en waardoor alleen een verdere ontwikkeling hiervan mogelijk is, nog niet kende, bestond de heelkunde feitelijk door alle eeuwen heen vrijwel uitsluitend uit de behandeling van wonden en beenbreuken. De chirurgie dankt haar ontwikkeling aan de grote ontdekkingen op het gebied der anatomie en fysiologie in de 17de en 18de eeuw en der bacteriologie in de 19de eeuw. De geweldige vooruitgang van de chirurgische arbeid, waardoor tegenwoordig vrijwel alle organen van het menselijk lichaam voor een operatieve behandeling toegankelijk zijn geworden, berust in hoofdzaak op drie fundamentele ontdekkingen van de laatste eeuw, t.w. de verhoeding en bestrijding der wondinfecties, het pijnloze opereren en het beheersen der bloedingen.