1. het broeden; broedsel || luik (gat); halve deur || arceerstreepje; under hatches, onder de luiken geconsigneerd; fig in verzekerde bewaring; veilig opgeborgen; er beroerd aan toe; dood.
2. uitbroeden || arceren;
3. broeden; uitkomen.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: