Rode Bordeaux uit Saint-Estèphe in de Haut-Médoc, Frankrijk
Château-Calon-Ségur is een Grand Cru Classé. Net als bij Château-Latour laat men de wijnstokken intact zolang de kwaliteit dat toelaat. Men vernieuwt dus niet eens in de zoveel tijd een hele sectie, maar men bekijkt iedere wijnstok apart en vervangt hem pas wanneer dat nodig is. Er zijn wijnstokken die de 90 jaar wel halen. Deze methode is natuurlijk gunstig voor de kwaliteit, maar gaat wel ten koste van de kwantiteit. Een wijnstok produceert steeds betere, maar steeds minder wijn vanaf het 12de tot het 15de levensjaar. Gezien de grote oppervlakte van het wijngoed is er echter aan wijn nog geen gebrek.
Vroeger was dit château een van de 3 crus die toen in de omgeving van de Saint-Estèphe bestonden. Ironisch genoeg werd Château-Calon-Ségur in de classificatie van 1855 bij de Troisièmes Grands Crus ingedeeld en ChâteauMontrose bij de Deuxièmes Grands Crus. In 1825 was Montrose maar een klein stukje grond behorend bij het goed Calon-Ségur, dat tegenwoordig zeker het etiket Deuxième Cru zou verdienen. Samen met Palmer is hij de beste van de Troisièmes Grands Crus Classés en overtreft hij duidelijk enkele Deuxièmes Grands Crus Classés.
Het woord ‘Calon’ duidde vroeger op een bootje dat in de middeleeuwen werd gebruikt om hout te vervoeren van de ene kant naar de andere van de rivier de Gironde. Later breidde het gebruik van dit woord zich uit in de hele streek van Saint-Estèphe, die tot in de 18de eeuw Calones of Saint-Estèphe-de-Calon werd genoemd. Toen viel dit gebied door huwelijk ten deel aan de president van Ségur, markies van Ségur-Calon, die ook Château-Lafite en Château-Latour bezat.Kennelijk hield hij het meeste van Calon, want hij heeft eens gezegd: Tk maak wijn op Lafite en Latour, maar mijn hart hoort bij Calon.’ Die zin kan men nog steeds als devies lezen op een gevelboog van de binnenplaats. Hiermee is tegelijkertijd het hart op het etiket verklaard.
Op dit wijngoed treft men 3 bodemtypes aan: kiezelzand, waardoor de wijn verfijning en neus krijgt, grof grint, met andere woorden kalkachtige, korrelige bodem met organisch sedimentair afval die, als hij niet met andere bodemsoorten zou zijn gemengd een gecorseerde maar gewone wijn zou opleveren, en ten slotte fijn grintzand dat ongemengd wijnen met allure voortbrengt, hoewel ze enigszins wrang zijn. De voormalige eigenaar, Edouard Gasqueton, buitte dit gamma van bodemsoorten uit, waardoor hij een heel opmerkelijke wijn het daglicht deed zien. Sinds zijn dood in 1962 is Château-Calon-Ségur bezit van zijn neef, Philippe Gasqueton.
Bijzonderheden: de wijn heeft veel body, hoewel deze robuustheid ook elementen van een zekere soepelheid bevat. De wijnen uit Saint-Estèphe zijn de sterkste en meest mannelijke wijnen van de Médoc. Calon-Ségur is zeker een van de krachtigste van Saint-Estèphe en ook het langste houdbaar.
Oppervlakte: 70 ha
Gemiddelde produktie: 260 tonneaux (24 000 kistjes)
