Een API (Application Programming Interface) is een soort digitale stekkerdoos die externe diensten of ontwikkelaars gecontroleerde toegang kan verschaffen tot interne diensten, algoritmes, devices of informatiebronnen. Het aanbieden van een API maakt een algoritme, dienst, devices of data 'programmable'.
API's zijn er in verschillende soorten en maten en bestaan al heel lang. Zo biedt een besturingssysteem interne API's om externe software met de grafische kaart te kunnen laten communiceren, ongeacht welk merk grafische kaart er in de computer is geplaatst.
Tegenwoordig bedoelen we met API's over het algemeen Web API's; interfaces die het mogelijk maken om via het internet online diensten, devices, en datasets met elkaar te kunnen laten 'praten'. Bijna elke mobiele app staat in verbinding met internet en communiceert met een externe server om logica uit te laten voeren. Een app die op basis van een foto gezichten kan herkennen doet niets anders dan de foto naar een API op het internet sturen. Deze stuurt de foto door naar het achterliggende systeem welke de rekenkracht heeft om gezichten te herkennen en geeft de uitkomst via de API terug aan de app. Of je nu via een iPhone, Android of Windows device, een smartwatch, connected car, of handmatig de foto uploadt maakt de server niet uit: de API ontvangt een foto, stuurt deze naar het algoritme en geeft antwoord. De app is dus enkel een presentatie van het gegeven antwoord en regelt de communicatie tussen het device en de API.
API's zijn sinds de Big Data revolutie onmisbaar voor een goede communicatie tussen de wildgroei van (open) datasets, devices, algoritmes en apps.
