Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 08-01-2020

Jules Michelet

betekenis & definitie

Geboren 1798, Parijs, f 1874 Hyères. Uit de lagere volksklasse voortgekomen, begint hij zijn carrière als letterzetter en eindigt die als professor aan het Collège de France en als gevierd historieschrijver.

Begiftigd met verbazingwekkende werkkracht, kent hij geen grooter wellust dan zich geheel en met hartstocht te verdiepen in het verleden, en dat te doen herleven in zijn werken. Het is niet alleen zijn fantasie die hem daarbij drijft, maar ook zijn gevoeligheid.

Niemand leeft méér dan hij met de personen of met de groepen in wier smarten en vreugden, droomen en vervoeringen hij zich verliest. Als hij sprak over zijn Histoire de France zei hij : „Dat boek ben ik zelf, ik heb mij zelf er geheel in gegeven.

Anderen waren geleerder dan ik, maar ik heb meer liefgehad.” Het is duidelijk dat de historicus in hem min of meer inboet wat de dichter wint. Zijn werken zijn verbazend suggestief, maar ondanks hun lyriek, per slot van rekening, behoorlijk betrouwbaar.

Zij worden onderscheiden in drie groepen :1° historische werken, waaronder vooral zijn Histoire de France en zijn Histoire de la Révolution genoemd moeten worden ;
2° politieke werken : Des Jésuites, Le Prêtre, la Femme et la Famille, Le Peuple;
3° populair-wetenschappelijke werken: L’Insecte, L’Oiseau, L’Amour, La Femme, La Mer, La Bible de l’humanité. Vooral in deze laatste groep doet hij in zijn vizioenaire kracht en in zijn geloof aan den „Vooruitgang” denken aan Victor Hugo.

Zijn tweede vrouw, die grooten invloed heeft gehad op de definitieve vorming van zijn geest, geeft de Œuvres Complètes de J. Michelet in veertig deelen uit.