Het kunnen beschikken over een auto gelet op rijbewijsbezit en beschikbaarheid van een auto in het huishouden. Toelichting De volgende situaties worden onderscheiden: Geen auto beschikbaar, d.w.z. er is geen auto binnen huishouden en/of de persoon heeft geen rijbewijs.
Soms auto beschikbaar, d.w.z. er is wel een auto binnen het huishouden en de persoon is rijbewijsbezitter, maar geen autobezitter. Wel auto beschikbaar, d.w.z. de persoon is rijbewijsbezitter en autobezitter.