Nederduitsche spreekwoorden

Carolus Tuinman (1726)

Gepubliceerd op 18-05-2022

Dat schaad hem niet

betekenis & definitie

Dit zegt men, wanneer ymand door zyn eigen schuld zich eenige smert, verlies, of diergelyk nadeel, op den hals gehaalt heeft, ’t geen men hem wel gunt, en waar over men geen mededogen heeft, noch hem beklaagt. Maar immers schaad dat zulk eenen dikwyls wel degelyk.

Hoe is dan dat spreekwoord waarheid? ’t Zal zyn, ik reken dat niet als ware het hem schade, ik ben daar van ongevoelig, en zonder ontferming met hem. Zo moet hy vaaren. Zo moet het hem bekomen. Het zelve heeft plaats in het woord schadeloos, dat eigentlyk beduid zonder schade; maar ook wel zegt beschadigt. Zo word wel een schip schadeloos door schieten, of onweêr, enz. Even dus zegt men wel schieloos, voor schielyk.

< >