Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Pitloo

betekenis & definitie

Antonie Sminck; geb. Arnhem 8 mei 1790, overl.

Napels 22 juni 1837. Leerling van het Stads-Tekengenootschap te Arnhem (1803 tot 1808) en van H. J. van Am erom. Vertrok in 1808 naar Parijs en enige jaren later naar Italië (Rome, in 1811), werd omstreeks 1830 benoemd tot direkteur van de Akademie v. B.K. te Napels. Landschapschilder.Tentoonstellingen Amsterdam 1810-1827, Haarlem 1825 en Den Haag 1827, in 1810 met vermelding ‘Holl. kweekeling’ te Parijs: een aantal bouwkundige tekeningen van het theater van Marcellus te Rome; een straat met graftomben enz. in Pompei'; landschappen bij Salemo enz.; landschap bij Rome; gezicht in het Campo Vaccino te Rome en verder verschillende Italiaanse landschappen.

AMSTERDAM -Rijksmuseum: een kerk te Rome (gem. A. S. Pitloo 1820) -Rijksprentenkabinet: tekening(en). ARNHEM -Gemeentemuseum: de baai van Napels (gem. Pitloo 1833).

Mededeelingen van het Nederl. Hist. Instituut te Rome IX, 1929; R. Causa: ‘Pitloo’ Napels 1936.

Huebner; Immerzeel; Scheen 1946 en 1970; Thieme-Becker; Van Hall I, II en port.; Wurzbach.

< >