Jakobus; geb. Middelburg 1756, overl.
Middelburg 10 november 1804. Leerling van de Haagse Teken Akademie (1776). Ambtenaar bij de Oost-Indische Compagnie, tevens amateurtekenaar. Later beroepsschilder, vooral van miniaturen, aquarellist en tekenaar in zwart- en roodkrijt van portretten en volkstypen. Hij heeft ook geëtst. Er bestaan van hem drie tekeningen met veel figuren, voorstellende: het uitdiepen van het Molenwater te Middelburg in 1780.
Was medeoprichter en vervolgens medebestuurder van de Middelburgse Teken-Akademie (1788). Gaf les aan J. P. Bourjé en P. Gaal.AMSTERDAM -Amsterdams Historisch Museum (vml. Museum Fodor): een jongeling op schaatsen achter een slee, waarin een jong meisje zit met op de achtergrond een stad (tekening in kleuren). -Rijksprentenkabinet: ± 50 tekeningen, w.o. veel portretten, DEN HAAG -Gemeentemuseum: herenportret (gekleurd krijt op papier), LEIDEN -Rijksprentenkabinet: een herenportret (krijttekening, 1783). MIDDELBURG -Waalse kerk: een schoorsteenstuk (‘Het Geloof). -Zeeuws Museum: zelfportret. ROTTERDAM -Museum Boymans-van Beuningen: enige tekeningen, w.o. de melkmeid (aquarel); jongeman en jonge vrouw (aquarel).
Immerzeel; Kramm; Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek V; Scheen 1946 en 1970; Thieme-Becker; Voorloopige lijst der Nederlandsche Monumenten VI; Waller; Wurzbach.
