Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Marot (de jonge), daniël

betekenis & definitie

Geb. Den Haag ca. 1694, overl.

Den Haag 14 mei 1769 (oud 75 jaar) (impost over het begraven wordt betaald 19-5-1769). Aantekeningen Terwesten (arch. P.T. 24); bldz. 67. No 192 Daniël Marot. Gebooren in ’s Graven Hage Ao 1700 of 1701, was een discipel van zijn vader den Architect Marot, en schilderde universeel alles wat hem voorkwam; dog na het overlijden van zijn Vader (die zeer oudt is geworden en geduurende welke tijdt hij wijnig off niets schilderde, als genoegsaam dagelijks met den zelven wandelende en gezelschap houdende;) hield hij zich meest beezig met het schilderen van Grot en Fontein-werken; maar meede tot jaaren gekoomen zijnde, kogt hij in het zoo genaamde Leproos-huijs alhier zijn kost, alwaar hij eijndelijk, na 2 off 3 jaaren daar in geweest te zijn, Anno 1773 is overleeden; dog niet te min Van Gooi veele jaaren in eene buurt met hem gewoont en zeer wel gekent heeft, echter maakt hij meede geen het minste gewag van hem in zijn beschrijvinge. (Gemeentearchief Den Haag). Leerling van zijn vader, de architect Daniël Marot sr. Hij schilderde arcadische landschappen, grot- en fonteinwerken.AMSTERDAM -Rijksprentenkabinet: 13 dekoratieve voorstellingen (tekeningen). NIJMEGEN -Commanderie van St Jan: gezicht op de Grote Markt te Nijmegen (aquarel), OTTERLO -Rijksmuseum Kröller-Müller: twee tekeningen.

Immerzeel; Kramm; Scheen 1946 en 1970; Thieme-Becker; Wurzbach.

< >