Geb. Brussel 5 maart 1828 overl.
Arnhem 17 november 1905. Woonde en werkte in Brussel, Parijs tot 1853, Den Haag ca. 1855-1865, Delft 1866-1899, daarna in Arnhem. Leerling van de Akademie v. BX. te Brussel tot 1850, studeerde tot ca. 1853 te Parijs. Beeldhouwer (figuren, portretten). Hoofdleraar aan de Akademie v.
BX. in Den Haag (1859) en later docent aan de Polytechnische School te Delft. Gaf les aan J. C. Altorf, M. E. Hardenberg, B.J.
W. M van Hove, M. A. Mouton, A. J. Nieuwenhuis, H.
Vailliant, J. L. Vreugde en Ch. H M. van Wijk.AMSTERDAM -Rijksmuseum: 61 schetsen (vele figuren zeer beschadigd), vnl. figuren in ongebakken klei en terracotta, DEN HAAG -Gemeentemuseum: portretbuste Neville D.Goldsmid (gips).UTRECHT -Centraal Museum: model van het standbeeld van graaf Jan van Nassau (gips).
A. M. Hammacher: ‘Beeldhouwkunst van deze eeuw’ 1955.
Maronier; Scheen 1969; Thieme-Becker; Wurzbach.