Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Koetser, henri

betekenis & definitie

Geb. Maastricht 19 oktober 1878, overl.

Laren (N.H.) 9 februari 1952. Was gehuwd met Bertha van Ameringen. Woonde en werkte in Maastricht, Amsterdam tot 1900 (tijdelijk in 1901), Emmen 1900, Londen, Blaricum tot 1904, Amsterdam 1904, Laren (N.H.) tot 1907, Barneveld tot 1909, Hilversum tot 1923, Londen na 1923, Laren (N.H). Leerling van de Rijksakademie te Amsterdam (1894-1903, olv. A. Allebé en C.

L. Dake), heeft ook les gehad van E. Frankfort aldaar. Van beroep kunsthandelaar, tevens kunstschilder van interieurs met figuren en landschappen. Bekend door zijn etsen naar schilderijen van J. H.

Maris. Was lid van ‘Arti et Amicitiae’ te Amsterdam. Gaf les aan J. A. van Schoten.Tentoonstelling Amsterdam 1901: een landschap.

Luns; Mak van Waay; Scheen 1969; Thieme-Becker; Waller.

< >