Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Kiers, petrus

betekenis & definitie

Geb. bij Meppel 5 januari 1807, ged. Kolderveen 7-2-1807, overl.

Amsterdam 17 november 1875. Werkte en woonde in Amsterdam, tijdelijk in Assen 1862-1864. Leerling van D. de Hoop en van de Rijksakademie te Amsterdam. (1825-1826). In 1839 werd hij lid ‘van Arti et Amicitiae’ in de hoofdstad. Behaalde in 1841 te Amsterdam bij ‘Felix Meritis’ een zilveren medaille voor zijn : ‘eene waschvrouw’. Schilderde bij voorkeur interieurs bij kaars- en lamplicht en landschappen bij maanlicht; heeft tevens geëtst en gelithografeerd.

Gaf les aan M. Vos en M. H. L. A. Addicks (5 jaar). Tentoonstellingen Amsterdam en Den Haag 1830-1862: enige stillevens; meisje met druiven; volksfeest bij avond; dame verlaat haar woning bij kaarslicht; weesmeisje bij lamplicht; vissersfamilie; vuurwerk bij avond; riviergezichten bij maanlicht; gezicht op kasteel Bentheim bij maanlicht; gezicht op kasteel Twickel bij maanlicht enz.AMSTERDAM -Gemeentearchief: het Kattenburgerplein te Amsterdam bij avond (tekening in kleuren). -Raadhuis: bouw van de Oosterdoksluis in 1831 (gem. P. Kiers 1834). -Rijksprentenkabinet: een portret (tekening, 1847).

Immerzeel; Kramm; Marius; Scheen 1946 en 1969; Thieme-Becker; Van Hall port.; Voorloopige lijst der Nederlandsche Monumenten V2; Waller; Wurzbach.

< >