Arnout Jacobus Gustaaf (‘Arnout’); geb. Amsterdam 26 januari 1887.
Woonde en werkte in deze stad tot 1913, Bergen (N.H.) 1913-ca. 1932, daarna en thans in Amsterdam. Maakte reizen naar België (Brugge) en Frankrijk (Parijs). Leerling dekoratie-atelier J. Maandag (1901-1907), vormde zich verder zelf Schildert en lithografeert landschappen, stillevens, stads- en dorpsgezichten, interieurs enz. Een der schilders uit de zgn. Bergense School.
Verkreeg o.m. de St. Lucasprijs, in 1937 de zilveren medaille (wereldtentoonstelling te Parijs), in 1948 de ‘Arti-medaille’. Gaf les aan C. Boendermaker en M. A. Duin.
Lid van ‘Arti et Amicitiae’ en van ‘St. Lucas’ te Amsterdam.EINDHOVEN -Stedelijk Van Abbemuseum: stilleven met korenaren, DEN HAAG -Gemeentemuseum: maannacht; stilleven met zwarte fles. HAARLEM Frans Halsmuseum: o.a. bosgezicht (tekening); stilleven. Rijkscollectie: een aantal landschappen en stillevens.
Elsevier LV, 1918 (Kroniek), LXXI, 1927 (Kroniek) en LXXVIII, 1929 (Kroniek); Maandblad v. Beeldende Kunsten 1939 (]. A. Leerink, blz. 370-375) en 1940 (J. A. Leerink, 233-239).
D. A. Klomp: ‘In en om de Bergensche School’, Amsterdam 1943; A. Venema: ‘De Bergense School’ (bldz. 175-181), Baarn 1976.
Luns; Mak van Waay; Plasschaert; Scheen 1969; Van Hall II en port.; Waller.