Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Bruggink

betekenis & definitie

Jacob; geb. Amsterdam 19 december 1801, overl.

Groningen 18 maart 1855. Leerling van W. Uppink, later van de Rijksakademie te Amsterdam o.l.v. J. W. Pieneman en P.

J. Gabriël (beeldhouwer). Heeft voornamelijk landschappen geschilderd, en een enkele maal geboetseerd. Vestigde zich in 1831 als tekenleraar te Groningen (genootschap Minerva), werd later tevens tekenleraar aan het Doofstommeninstituut aldaar. Gaf o.m. les aan J. Ensing en Th.

T. Oostenga.Tentoonstellingen te Amsterdam, Den Haag en Groningen van 1828-1834: boerenstal; gezicht bij Haarlem; riviergezicht bij maanlicht; Drents landschap met vee; en enig beeldhouwwerk.

GRONINGEN -Gemeentearchief: Grote Markt met Martinitoren (pentekening, 1831).

Immerzeel; Kramm; Scheen 1946 en 1969; Thieme-Becker; Van Hall port.; Wurzbach.