Pieter; ged. Amsterdam 26 oktober 1749, overl.
Amsterdam 26 oktober 1842. Leerling van zijn vader P. Barbiers (I). Ingeschreven als lid van het Amsterdamse Schildersgilde op i juli 1786, hij bedankte in 1796. Van beroep ook vermeld als tekenmeester. Was in zijn tijd een belangrijk behangselschilder; zijn voorstellingen: boomrijke Gelderse en Drentse landschappen en duinlandschappen in de omgeving van Haarlem waren zeer gezocht; heeft ook geëtst.
Sommige van zijn schilderijen zijn gestoffeerd door J. Lauwers. In 1822 werd hij lid van de Amsterdamse akademie. Gaf les aan C. L. Hansen, J.
Hulswit, J. Jelgerhuis Rz., D. J. T. Kerkhoff, J. H.
Knoop, Th. van Leent, J. Pelgrom, P. A. Ravelli, A.J. Ruytenschildt, J. C.
W. Safft, B. H. Thier, P.J. de Visser, H. F. Wiertz.Tentoonstellingen te Amsterdam van 1810-1834: o.m. boomrijke landschappen; landschap met watermolen (1816); duinlandschappen; het afbreken van de abdij te Rijnsburg (1818); diverse Gelderse landschappen.
AMSTERDAM -Rijksmuseum: boerderij bij Helvoirt. -Rijksprentenkabinet: tekening(en). DEN HAAG -Gemeentemuseum: boerderij onder hoge bomen. -Prentenkabinet Gemeentemuseum: landschap met rustende herder (gem. Pn. Barbiers, 1821); landschap met vrouw en hond bij een drenkplaats (sepiatekening). HAARLEM -Frans Halsmuseum: vijf kamerbehangsels (de schaapherder, jagers in het duin, het drinkende paard, de brug over het beekje, de hooiberg), OTTERLO -Rijksmuseum Kröller-Müller: vier tekeningen. ROTTERDAM -Museum Boymans-van Beuningen: landschap met bomen, molen en enige tekeningen en aquarellen, w.o. duinlandschap met huisje tussen bomen; man zittend onder een boom aan een waterplas; vrouw zittend onder een boom, op de achtergrond een windmolen; de ingebeelde zieke. Immerzeel; Luns; Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek I; Scheen 1946 en 1969; Thieme-Becker; Van Hall port.; Voorloopige lijst der Nederlandsche Monumenten V2; Wurzbach.
