tijd nodig voor de ontwikkeling van een nieuw organisme in het moederlichaam, vanaf de bevruchting tot de geboorte. Voorbeelden in dagen: goudhamster 16, konijn 31, haas 42, vos 52, hond en kat ca. 63, cavia (marmot) 69, leeuw en tijger 106, varken ca. 115, ree 149, schaap en geit 150, baviaan 189, orang-oetan 218, chimpansee ca. 238, nijlpaard en ijsbeer 240, gorilla 255, mens 269, huisrund 283, paard 335, giraf 435, neushoorn 548, Afrik, olifant ca. 638.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk