Studie begrippenlijst

Bijlesnetwerk (2017)

Gepubliceerd op 22-03-2017

Conjunctuur

betekenis & definitie

De effectieve vraag heeft invloed op de conjunctuur. In een hoogconjunctuur ligt de EV boven de productiecapaciteit (de maximale hoeveelheid die een land kan produceren). De vraag in de economie is dan dus hoger dan het maximale aanbod (productiecapaciteit); dit noemen we ook wel overbesteding. Een gevolg is dat prijzen stijgen (inflatie).

Soms kunnen deze prijzen zelfs zo sterk stijgen dat er hyperinflatie ontstaat. Dan is er zoveel inflatie dat geld in feite al zijn waarde verliest en een economie terugvalt tot ruilhandel. In een laagconjunctuur zijn de rollen omgedraaid. De EV ligt juist onder de productiecapaciteit (onderbesteding) en er is dus niet of nauwelijks sprake van inflatie. Soms kan er zelfs sprake zijn van deflatie (prijsdalingen).
Een grote fluctuering in de conjunctuur zorgt voor instabiliteit. De overheid zal dus willen zorgen dat een conjunctuur zo min mogelijk zal schommelen. Dit kunnen ze doen door gebruik te maken van anticyclisch begrotingsbeleid. Dit betekent dat de overheid alles zal doen om de conjunctuurbeweging zo dicht mogelijk bij de trend (gemiddelde langjarige groei van de economie) te houden.
In een hoogconjunctuur zal een overheid dan dus belastingen verhogen (B) en de uitgaven verlagen (O). Zo zullen ze geld sparen om in een laagconjunctuur uit te kunnen geven. In die situatie zal de overheid namelijk de uitgaven vergroten (O) en de belastingen verlagen (B). Een manier om anticyclisch begrotingsbeleid te voeren is via automatische stabilisatoren. Dit zijn maatregelen die van nature de conjunctuurschommeling tegengaan. Denk bijvoorbeeld aan het sociale verzekeringsstelsel, dat voorkomt dat de effectieve vraag al te sterk daalt als veel mensen hun baan verliezen.

< >