Afkomstig uit Amerika, tegenwoordig vooral voorkomend in Midden- en Zuid-Europa en in Azië. Kan leiden tot roes en hallucinaties, zoals reeds in een bericht uit de zeventiende eeuw beschreven wordt: ‘Als men iemand er een weinig van geeft, worden zijn zinnen zo begoocheld en aangetast, dat men hem alles kan laten doen, zonder dat hij het de volgende dag nog weet.
Zulk een beroving van zinnen of verdoving duurt 24 uur. Ondertussen kan men hem zijn sleutelbos afhandig maken en zijn bureauladen openen waar hij bij staat, het deert hem niets. Hij merkt en begrijpt er niets van; en ook de volgende dag is hij zich nergens van bewust.’De doornappel werd vooral begeerd als liefdesmiddel, en ook dat is bij dezelfde berichtgever bekend: ‘Met de vrouwen kan men met dit middel eveneens veel plezier hebben, men kan als het ware alles van ze gedaan krijgen. Ik geloof niet dat er een schadelijker kruid op de aarde te vinden is waardoor men zo vele kwade zaken op zo’n natuurlijke wijze kan aanrichten.’
In een politiebericht dat aan het einde van de negentiende eeuw in Hamburg is opgesteld, is vastgelegd ‘dat een bordeeleigenaresse de doornappel gebruikte om nietsvermoedende meisjes zo te verdoven, dat ze door iedereen die bereid was te betalen, misbruikt konden worden’.
En wie een toverdrank bereidde of een heksenzalf vervaardigde, greep vanwege de eigenschappen eveneens op de doornappel terug.