Eenvoudigheid, des harten Ephes. 6: 5.
Het woord eenvoudig komt meermalen in den Bijbel voor, niet in den bij ons gebruikelijken zin van onnoozel, weinig ontwikkeld, maar met de gunstige beteekenis, die het daarmeê vertaalde grieksche woord heeft, van oprecht en regtschapen. Ephes. 6: 5 wordt het tegenover oogendienst gesteld en terecht in de Synod. Bijbelvertaling omschreven als ongeveinsd, zonder bijoogmerken. Het wordt te dier plaatse aan Christelijke dienstknechten of slaven aanbevolen. De genoemde spreekwijzen worden bij ons uit scherts gebezigd, om er mee aan te duiden dat men iets zonder kwade bedoelingen, zonder veel nadenken zeide of deed. Denzelfden zin heeft het ook 2 Sam. 15: 11, 1 Koning. 21: 34.