2 Sam. 6 : 5 wordt gesproken van „schellen” (St.Vert.), „bekkens” (Joh. de Groot). Het Hebr. woord kan in verband gebracht worden met een werkwoord, dat betekent geschud worden, bewogen worden.
Daarom heeft men wel aan een s. gedacht: een ovaalvormig gebogen kleine hoepel, waaraan een handvat was bevestigd; dwars door die ovale hoepel zaten stangen, die met ringen behangen waren; zodra dit instrument werd geschud, rinkelden die ringen tegen elkaar.