Wat is de betekenis van zone?

zone - Zelfstandignaamwoord 1. een bepaald afgebakend gebied ♢ De zone achter de auto was afgezet. Verwante begrippen areaal, oppervlakte

zone - zelfstandig naamwoord uitspraak: zò-ne 1. gebied tussen bepaalde grenzen ♢ in deze zone mogen alleen de buurtbewoners parkeren Zelfstandig naamwoord: zò-ne de zone de zones of -n

Een zone is een gebied rond of langs geluidbronnen dat fungeert als aandachtsgebied voor geluid.

(de, -s & -n) in België ook bestemmingsgebieden volgens de gewestplannen: groene zone, landbouwzone, ambachtelijke zone, woonzone Het beoogde stuk grond op de Balendijk ligt in een landbouwzone. De bestemming moet dus worden gewijzigd. - BvL, 25-02-2003 Drie weken geleden startten de bewoners van het Kapelleveld een protestactie t...

[Lat. zona, van Gr. zoonè = gordel] gordel, aardgordel, luchtstreek, hoogtegordel (op bergen), onderdeel van geologische laag, gebied waarbinnen iets geldt of heerst (neutrale -, gevaren-); gebied binnen een net van openbaar vervoer waarvoor een bepaald tarief geldt.

aardgordel; gebied; streek

zone - Terreinen die door een overheidsinstantie zijn bestemd voor een bepaald gebruik, bijvoorbeeld voor woningen, commercie of industrie.

1. Zone betekent zoveel als gordel. In de aardrijkskunde spreekt men van klimaatzones: de hete, de gematigde en koude zone. De klimaatzones strekken zich als meer of minder brede gordels in de richting van de breedtecirkels rondom de aarde uit. Grote delen van Europa, Noord-Amerika en Azië liggen in de gematigde zone of luchtstreek, terwijl de...

aardgordel, door twee evenwijdige cirkels begrensd gebied op (aard)bol; begrensd gebied; traject.