Zijig
bn., als of als van zijde: zijig aanvoelen : een zijige glans; — (volkst.) mallotig, halfzacht: dat is zo'n zijige!
Van Dale Uitgevers (1950)
bn., als of als van zijde: zijig aanvoelen : een zijige glans; — (volkst.) mallotig, halfzacht: dat is zo'n zijige!
Marc De Coster (2020-2025)
(1949) (inf.) halfzacht. Syn.: zijden*. • Je hebt onder de sociaal-democraten ook flinke jongens! Het zijn niet allemaal moegeworden revolutionnairen. Maar de meeste zijn me toch te zijig en de vloek van de arbeidersbeweging zetelt in de Franse Laan: Henri Polak is de doodgraver van alle daadwerkelijke actie! (Willem van Iependaal: Vaste koers...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: