Wat is de betekenis van zelfvoldaan?

2024-04-28
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Zelfvoldaan

adj, & adv., selsfoldien.

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zelfvoldaan

bn., over zichzelf tevreden.

2024-04-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

zelfvoldaan

1. bn. (...dane) en bw. voldaan, tevreden over zichzelf. 2. daarvan getuigend: een ...dane blik, houding.

2024-04-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

zelfvoldaan

bn. en bw., 1. over zichzelf tevreden; 2. zelfingenomen.

2024-04-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-28
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)