Wat is de betekenis van ZAADSCHIETEND?

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zaadschietend

bn., wat zaad schiet; (ontl.) zaadschietende spier.

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

ZAADSCHIETEND

ZAADSCHIETEND, bn. wat zaad schiet; (ontl.) zaadschietende spier.

Gerelateerde zoekopdrachten