wisselend
wisselend - Bijvoeglijk naamwoord 1. aan wisseling onderhevig. ♢ Hij heeft de laatste tijd nogal wisselend gedrag. wisselend - Werkwoord 1. onvoltooid deelwoord vanwisselen
Wiktionary (2019)
wisselend - Bijvoeglijk naamwoord 1. aan wisseling onderhevig. ♢ Hij heeft de laatste tijd nogal wisselend gedrag. wisselend - Werkwoord 1. onvoltooid deelwoord vanwisselen
Muiswerk Educatief (2017)
wisselend - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: wis-se-lend 1. met veel variatie, steeds anders ♢ we hadden een wisselend uitzicht in de trein Bijvoeglijk naamwoord: wis-se-lend de/het wisselende ... Synoniem...
Van Dale Uitgevers (1950)
bn., veranderend, afwisselend: met wisselend succes; — wisselende binnen- en buitenhoeken, gelijke hoeken aan weerszijden van kruisende lijnen.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: