Windhapper
m. (-s), 1. (zeew.) schepvormig toestel dat door een patrijspoort gezet wordt om frisse lucht binnen het schip te brengen; 2. (volkst.) opschepper ; bij de Amsterdammers inz. schimpnaam voor de Hagenaars.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-s), 1. (zeew.) schepvormig toestel dat door een patrijspoort gezet wordt om frisse lucht binnen het schip te brengen; 2. (volkst.) opschepper ; bij de Amsterdammers inz. schimpnaam voor de Hagenaars.
Marc De Coster (2020-2025)
1) (2004) (inf.) emand zonder bron van inkomsten; wanbetaler bij de belastingen. Zo iemand 'leeft van de wind.' • Pas in 1997 werd voor het eerst een proef gehouden om woonwagenbewoners geleidelijk te laten wennen aan het betalen van belastingen. "In mei 2003 is die proef geevalueerd en toen bleek dat het mislukt was." Maar niet alleen woonwag...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Wiktionary (2019)
windhapper - Zelfstandignaamwoord 1. apparaat dat wind 'hapt' ten behoeve van ventilatie 2. iemand die (praktisch) geen belastbaar inkomen heeft, maar een onwaarschijnlijk luxueus leven leidt ♢ Coalitie wijst onderzoek naar windhappers af Woordherkomst samenstelling van wind en hap...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: