Wat is de betekenis van wier?

wier - Betrekkelijk voornaamwoord 1. (verouderd) genitief vrouwelijk enkelvoud van wie: van wie ♢ De actrice wier werk bekroond is met die prestigieuze prijs woont in ons dorp. 2. (verouderd) genitief meervoud van wie: van wie ♢ Dit zijn personen wier identit...

wier - zelfstandig naamwoord 1. waterplant met lange stengels en sprieten ♢ hij kwam boven water met een sliert wier op zijn hoofd Zelfstandig naamwoord: wier het wier Synoniemen alg

Wier (Weyer), Johannes, Nederlands geneeskundige, *1515 Grave, +24.2.1588 Tecklenburg. Wier studeerde in Parijs en in Orléans. In 1540 werd hij arts in Grave, in 1545 in Arnhem en in 1550 lijfarts van hertog Willem III van Kleef. Hij was de eerste die de heksenwaan en de heksenprocessen vanuit de praktijk bestreed en het bestaan van heksen ontkende...

m Fri. naam. Samentrekking van een tweestammige Germ. naam met wfh 'strijd’ (zie -wig) en -her 'heer leger’ (zie -her-) of -hard 'hard, stevig, sterk’ (zie -hard-); vgl. Sierd uit Si(g)(h)ard.

soort seeplant, seegras.

is een zeer eenvoudig gebouwde, groene plant, uit 1 of enkele cellen bestaand, levend in zoet of zout water of in vochtige omgeving (z. Algen).

s.n., (sé)wier (it); — verzamelen uit zee, wierfandelje; pak geperst —, wierpak (it).

...

...