wielrijden
wielrijden - Werkwoord 1. (sport) het rijden op een fiets als sport of recreatie, fietsen ♢ Ben je nog wezen wielrijden dit weekeinde? Woordherkomst samenstelling van wiel en rijden
Wat is de betekenis van wielrijden?
2010
Wielerwoordenboek
Geschreven door Fons Leroy en Wim van Rooy
wielrijden
wielrijden: koersen, fietsen.
2009
Wielersportwoordenboek
Wielersportwoordenboek door Jan Luitzen ©
wielrijden
(alleen onbep. wijs)-fiets- rijden, fietsen
1973
Oosthoek Encyclopedie
De Oosthoek is een Nederlandse encyclopedie die in verschillende uitvoeringen is verschenen
wielrijden
onbep. w., fietsen.
1950
Dikke Van Dale
Nederlands woordenboek (7e druk)
Wielrijden
(alleen onbep. w. in zelfst. gebr.),fietsen.
1933
Katholieke Encyclopaedie
25 delen, uitgegeven 1933-1939. Uitgeverij Joost van den Vondel te Amsterdam.
Wielrijden
→ Rijwiel.
1916
Oosthoek 1916
Nederlandse encyclopedie, uitgegeven van 1916-1925.
Wielrijden
Wielrijden - zie RIJWIEL.
Gerelateerde zoekopdrachten