Wat is de betekenis van WICHTIG?

gewichtig, belangrijk, gewichtig doend; sich wichtig machen, gewichtig doen; wichtig tun, gewichtig doen; zich voelen; etwas wichtig nehmen, iets gewichtig opvatten.

bn. (-er, -st), 1. (vero.) zwaar: een wichtig oorlogszwaard (Staring); de vereiste zwaarte hebbende: wichtige dukaten; 2. gewichtig, belangrijk: wichtig nieuws; wichtige redenen hebben ; —gewichtig doend of klinkend : ons leesgezelschap onder o zo’n wichtige spreuk (Potgieter).

bn. (zijn wicht hebbend inz. fig. belangrijk): hij heeft zulk een wichtige houding, als man van gewicht.

(‘wichtəch) bn. en bw. (-er, -st) [wicht hebbend] belangrijk z nieuws.

WICHTIG, bn. (-er, -st), de vereischte zwaarte hebbende: wichtige dukaten; — (fig.) belangrijk: wichtig nieuws meededen, wichtige redenen hebben, gewichtige. WICHTIGHEID, v. vereischte zwaarte, gewicht; — (fig.) belang, belangrijkheid.