Wat is de betekenis van weekhartig?

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

weekhartig

weekhartig - Bijvoeglijk naamwoord 1. sentimenteel, snel ontroerd 2. overdreven zachtaardig Woordherkomst Samenstellende afleiding van week en hart met het achtervoegsel -ig

2024-03-29
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

weekhartig

sagaardig, medelydend; sentimenteel, oorgevoelig.

2024-03-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Weekhartig

adj. & adv., weak-, tearhertich, weak.

2024-03-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

weekhartig

bn., bw. (teergevoelig): een weekhartige moeder, overgevoelig; zich weekhartig uitdrukken, sentimenteel.

2024-03-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

weekhartig

(we:k'hartәch) bn. en bw. (-er, -st) 1. erg gevoelig: een kind; zich uitdrukken. 2. zachtaardig: van nature.

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

WEEKHARTIG

WEEKHARTIG - bn. bw. (-er, -st), zachtaardig, niet streng, medelijdend: weekhartig van nature. WEEKHARTIGHEID, v.