Wankant
m. (-en), ruwe, niet gekantrechte of ronde zijde van hout dat uit ronde stammen of balken gezaagd is ; ook : hout met zo’n kant, bleshout.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-en), ruwe, niet gekantrechte of ronde zijde van hout dat uit ronde stammen of balken gezaagd is ; ook : hout met zo’n kant, bleshout.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Veerman (1954)
1. W. noemt men vierkant beslagen houtwerken met ronde hoeken in tegenstelling met meskant, waarbij de ribben van het houtwerk scherp zijn (z. Waankant).2. (veet.) Plaatselijk gezegd van een niet-vierkante uier bij de koe, dus i.pl.v. onkant.
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
Zichtbaar gedeelte van schors of bast aan een plank of vierkanten houten paal. Wanneer een boomstam in planken of deelen wordt gezaagd, zonder dat men deze verder „kantrecht” maakt, blijft de w. zichtbaar.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: