Wat is de betekenis van vrijgevochten?

2024-04-30
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

vrijgevochten

vrijgevochten - Werkwoord 1. voltooid deelwoord van vrijvechten

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Vrijgevochten

bn., tuchteloos: een vrijgevochten boel, bende, zootje.

2024-04-30
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

vrijgevochten

(’vrij) bn. 1. tuchteloos ; een bende. 2. doend wat men wil : een land.

2024-04-30
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Vrijgevochten

bn., geen gezag erkennend, tuchteloos: een vrijgevochten boel.

2024-04-30
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-30
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)